In België zijn de gewesten bevoegd voor het omzetten van de Europese Richtlijn over de energieprestaties van gebouwen.
In Vlaanderen gebeurt deze omzetting door een energiebesluit, ministeriële besluiten: zie verder en ook de geoördineerde versie
In het E-peil komen zowel het gebouw als de installaties voor ruimte-verwarming, ventilatie, warm tapwater, koeling en het gebruik van duurzame energie tussen. Deze combinatie van bouwkundige mogelijkheden, installatietechnische keuzen en duurzame energieopwekking laat de ontwerper toe de meest geschikte middelen aan te wenden om aan de opgelegde eis te voldoen.
Zonwering komt aan de pas bij het bepalen van het peil van primair energieverbruik (E-peil) van een woongebouw, zowel bij verwarming als koeling.Zie in bijlage V: 'Bepalingsmethode van het peil van primair energieverbruik van woongebouwen' vanaf 7.10.3 Zonnewinsten door een venster
In de EPB wordt zonwering ingerekend als volgt:
Reductiefactor Fc voor zonwering in het vlak van het venster wordt gegeven door de verhouding tussen de zonnetoetredingsfactor ( gtot-waarde) bij normale inval van de combinatie van het
transparante deel (beglazing) en de zonwering en de zonnetoetredingsfactor ( g-waarde) bij normale inval van enkel het transparante deel (beglazing). Indien een venster met meerdere beweegbare zonneweringssystemen (bv. binnen- en buitenzonnewering) uitgerust is, dient voor de verwarmingsberekeningen het systeem met de hoogste Fc waarde beschouwd te worden. Voor de bepaling van de oververhittingsindicator en van de netto energiebehoefte voor ruimtekoeling dient het systeem met de laagste Fc waarde beschouwd te worden. Buitenzonwering heeft een lagere Fc waarde dan binnenzonwering.
De gebruiksfactor Ac geeft aan hoe lang de zonwering in werking is. Automatisering zorgt voor een meer efficiënte werking van zonwering waardoor de energiebesparing nog kan geoptimaliseerd worden.
Zonwering in het vlak ( parallel met het venster) zoals screens, rolluiken, jaloezieën wordt voor het E-peil in aanmerking genomen. Zonwering buiten het vlak wordt in aanmerking genomen met een zonnetransmissiefactor van minder dan 30% (knikarmschermen, uitvalschermen, markisolette). Zie soorten
Zowel voor de Fc waarde als de Ac waarde wordt de defaultwaarde in de bijlage opgegeven. Deze waarde is per definitie conservatief, dus negatief. Gelet op de evoluties en ontwikkelingen in de markt is het dan ook beter te opteren voor de methode die een meer realistische benadering vergt. De reële waarden van zonwering kan men raadplegen in de EPBD - databank
Een demotool over de impact over zonwering en rolluiken in de EPB- software Vlaanderen kan u hier downloaden
Hoe zonwering inrekenen in de EPB software, zie verder
EPB eisen worden ingedeeld in: thermische isolatie: K-peil, U- en R-waarden; energieprestatie: E-peil, netto-energiebehoefte en hernieuwbare energie; binnenklimaat: ventilatie en oververhitting. De eisen volgen een verstrengingspad, Zie verder
Bouwknopen worden sedert 2012 mee ingerekend. In bijlage VIII: 'Behandeling van bouwknopen' worden de verschillende manieren bepaald waarop de invloed van het lokale warmteverlies op het specifieke warmteverlies door transmissie moet ingerekend worden. Zie ook FAQ document, mei 2013 bijgewerkt door VEA over interpretatie bouwknopen.
Uitvoeringleidraad EPB-aanvaarde bouwknopen, voor de uitvoerder, zie hier
Oplijsting van belangrijkste punten van de EPBD
Om de twee jaar wordt de EPB - Prestatie regelgeving geëvalueerd - zie deze link en de laatste versie 2015 vindt u hier